De nieuwe ADA / EASD richtlijn – nog weinig farmacogenetica

Met de publicatie van meerdere studies van ‘whole genome analyse’ van type 2 diabetes, realiseren we ons nu hoe ingewikkeld de pathogenese van deze aandoening is. De meeste WGA studies laten risico-allelen zien met een beperkt effect op het ontstaan van type 2 diabetes, en het blijken vooral genen te zijn met een effect op beta-cel massa of functie (55). Via ingewikkelde netwerk benaderingen, gebaseerd op genexpressie, komen we ook steeds meer genen op het spoor, die een effect hebben of determinant zijn van insulinewerking.

(meer…)

De nieuwe ADA / EASD richtlijn – complex

De behandeling van type 2 diabetes wordt meer complex. Enerzijds is dat vanwege de multimorbiditeit, die patiënten met type 2 diabetes zo kenmerkt. Het gaat dan niet alleen om type 2 diabetes met eventuele complicaties, maar ook artrose, reumatische klachten, COPD, hartfalen, gastro-intestinale problemen (1-4). Hierbij kan het zijn dat de behandelrichtlijnen van twee coïncidente aandoeningen elkaar tegenspreken. Anderzijds neemt de complexiteit van behandelalgorithmes toe door het beschikbaar komen van nieuwe medicamenten, waarvan de plaats in de behandeling nog verre van duidelijk is (5). Internationale richtlijnen kunnen voor de medicus practicus een handvat bieden voor de best mogelijke behandeling (6-8). Richtlijnen lopen echter gemiddeld drie tot vijf jaar achter bij de actuele ontwikkelingen op gebied van farmacotherapie. Bovendien zijn de bestaande richtlijnen nog altijd niet optimaal (om het vriendelijk te zeggen), als het gaat om de best mogelijke kosteneffectieve behandeling van de individuele patiënt.

(meer…)

De nieuwe ADA / EASD richtlijn – HbA1c doelen

Post-authorisatie studies

Al in 2003 schreven dr. Henk-Jan Aanstoot, kinderarts (thans werkend bij Diabeter in Rotterdam, www.diabeter.nl) en ik een artikel over beoordeling van de lange termijn effecten van nieuwe  geneesmiddelen. Dit gebeurt na registratie en op de markt komen van nieuwe medicamenten, op het moment dat er nog nauwelijks gegevens beschikbaar zijn over het gebruik van deze middelen gedurende meerdere jaren. Deze studies hebben wij toen omschreven als “Post Authorisatie Studies”. Toch blijkt dat het melden van bijwerkingen slechts mondjesmaat gebeurt. Het blijkt dat van bestaande middelen als insuline helemaal geen bijwerkingen meer worden gemeld.

HIER vindt u een kopie van dit artikel.

 

De nieuwe ADA / EASD richtlijn – HbA1c doelen

Mijn oratie in 2004

Het is al weer ruim 8 jaar geleden dat ik mijn inaugurele rede hield. Met deze openbare lezing aanvaardt een hoogleraar zijn ambt en leeropdracht. Als ik terugkijk naar wat ik toen heb geschreven, dan is veel nog altijd actueel.

Over de aandoening ‘diabetes mellitus’ schreef ik in de samanvatting het volgende:

(meer…)

Zelfcontrole strips bij type 1 diabetes

Mensen met type 1 diabetes controleren meerdere malen hun bloedglucose spiegel zelf, met een prikapparaatje en een bloedglucosemeter. Hierdoor kunnen zij zo goed mogelijk hun stofwisseling in de gaten houden, en bijsturen als de glucose spiegel te laag dan wel te hoog wordt. Sommige personen met type 1 diabetes zijn minder stabiel ingesteld dan anderen, of voelen hun hypo’s niet goed aankomen, en meten derhalve wel 8-10 keer per dag. Zij gebruiken dan meer strips dan ‘standaard’ wordt toegestaan door een zorgverzekeraar. De behandelend arts of diabetesverpleegkundige moet dan een machtiging indienen voor vergoeding van extra strips.

O ja, bij type 1 diabetes maak je geen insuline meer, en moet je JE HELE LEVEN insuline spuiten. Dat even ter informatie.

Het is al weer zo’n jaar of 11 geleden dat ik voor één van mijn patiënten bij een in het zuiden gevestigde zorgverzekeraar een machtiging voor extra strips aanvroeg. Het retourantwoord van de zorgverzekeraar was briljant: “Heeft verzekerde nog steeds type 1 diabetes?” Je kunt natuurlijk zeggen dat dit al lang geleden was, en dat toen de kennis over diabetes beperkt was. Misschien moet je dan niet gaan werken bij een organisatie als een zorgverzekeraar, waar je de hele dag met medische vragen en problemen te maken hebt. Eigenlijk was ik wel een beetje blij met het antwoord. Ik stel me dan een leuk iemand voor die echt het idee heeft dat dokters type 1 diabetes al kunnen genezen. Uiteindelijk heeft deze jongeman zijn machtiging wél gekregen.

De volgende anecdote is nog amusanter, en dateert van 2012, enkele maanden geleden. Eén van mijn patiënten die al 20 jaar insuline spuit. Zijn apotheek declareert de verstrekte insuline direct bij de zorgverzekeraar. Ook voor hem vroeg ik een machtiging voor meer strips aan, en het antwoord van de zorgverzekeraar was nog genialer: “Aangezien wij niet kunnen nagaan of patiënt insuline spuit, kunnen wij de aanvraag niet honoreren”.